De kans dat LinkedIn-leden die lachen op hun profielfoto reageren op koude acquisitie per e-mail is bijna vier keer groter dan voor leden met een neutrale foto. Ditzelfde geldt voor leden die meerdere aanbevelingen hebben gegeven op het zakelijke platform. De hoeveelheid connecties is niet van invloed op de kans op een reactie.
Dit blijkt uit een studie van Mintigo. Het internetbureau onderzocht de factoren die het succes van e-mailacquisitie in de b2b-markt bepalen. De zogenaamde click-through rate, het percentage van ontvangers dat op een link in de e-mail klikt, is bij koude acquisitie vaak minder dan 1%. Door gerichter te werk te gaan, kan dit percentage worden verhoogd, waarmee de aquisitiekosten afnemen.
De onderzoekers legde de resultaten van een e-mailcampagne naast openbare LinkedIn-gegevens. Hierbij keken zij naar de connecties, aanbevelingen en loopbaan van de ontvangers van de e-mail. Ook kende Mintigo een waarde toe aan de gezichtsuitdrukking op de profielfoto met behulp van gezichtsherkennende software. Terwijl slechts 16% van de ontvangers lacht op hun foto, zorgde deze groep voor maar liefst 63% van de reacties op de e-mail.
Data en theorie
Mario van Gastel, communicatieadviseur bij BOOM Communicatie, waagt zich niet aan een verklaring: “Tegenwoordig is dat ook niet meer nodig: de cijfers spreken voor zich. Op basis van een gigantische hoeveelheid online data leggen partijen als LinkedIn, Google en Facebook verbanden waar geen theorie tegen op kan. Digitale data zijn een directe weergave van menselijk handelen en daardoor onomstotelijk. Het probleem zit vaak in de hoeveelheid data en de interpretatie ervan. Misschien deelden in dit geval de ontvangers van de e-mail die reageerden een kenmerk dat nu nog onvindbaar is. Voorlopig geldt ‘lach = gul', maar gezien de snelheid van het online verkeer kan dat morgen weer anders zijn”.
Geraadpleegde bron: Mintigo.com.